1. Ik zie de laatste tijd steeds vaker de term ‘LIFO’ voorbijkomen. Wat is dat precies?
‘LIFO’ staat voor Licentie-Folioconcept. Steeds meer scholen vragen dit model uit in hun aanbesteding. Bij LIFO schaft de school een digitale licentie van een lesmethode aan, indien gewenst in combinatie met boeken. De licentie bevat de lesstof van meerdere niveaus (vmbo, havo, vwo) en van alle leerjaren. Hiermee wordt het eenvoudiger voor een school om maatwerk te bieden aan haar leerlingen. De boeken die de school naast de digitale licentie kan aanschaffen, zijn altijd (leer)werkboeken die voor één schooljaar zijn bestemd (verbruiksmateriaal). De leerling mag in de boeken schrijven en hoeft ze aan het eind van het schooljaar niet in te leveren. Dit ondersteunt het leren en zorgt ervoor dat een leerling de lesstof van voorgaande leerjaren kan teruglezen.
ThiemeMeulenhoff levert onder de naam LRN-line (spreek uit: learn-line) al een aantal jaren LIFO-lesmethodes aan een groot aantal scholen.
2. Welke voordelen heeft het LIFO-concept voor de inkoop van leermiddelen?.ashx?h=250&w=250&la=nl-NL)
Door het LIFO-concept uit te vragen in een aanbesteding, heeft een school de mogelijkheid om naast inkoop bij distributeurs ook rechtstreeks in te kopen bij uitgevers. Als een school haar lesmateriaal direct inkoopt bij een uitgever, ontvangt zij kortingen op de adviesprijzen. In de praktijk komt het regelmatig voor dat distributeurs juist opslagpercentages hanteren op de adviesprijzen van uitgevers.
Wat resteert is de inkoop van de distributie voor de (leer)werkboeken (bezorgen op school of bij de leerling thuis). Ook hier kan een school scherper inkopen. De logistiek van LIFO-lesmethodes heeft namelijk een stuk minder om het lijf. In het LIFO-concept hoeven de leerlingen hun boeken aan het eind van het schooljaar immers niet meer in te leveren. De logistieke inspanning om boeken in te nemen komt dus te vervallen.