Meer over voorganger Traject Dienstverlening 2016
Flexibel en modulair
Traject Dienstverlening is flexibel inzetbaar, dankzij het zelf kunnen maken van leerroutes, het zes-fasenmodel, de online leeromgeving en de verschillende manieren (digitaal of blended) om met de methode te werken. Zo past Traject altijd bij de manier waarop jullie het onderwijs vormgeven.
Sterk herkenbare didactiek
De modules van Traject zijn opgebouwd volgens het zesfasenmodel. De didactische opbouw is gebaseerd op de herziene taxonomie van Bloom. Een module is een op zichzelf staande leereenheid. De modules kun je zelf arrangeren en in de volgorde plaatsen die jij wilt. Studenten kunnen zelf bepalen of ze starten bij de theorie, de verwerking of de toepassing. Modules kennen een vaste opbouw in 6 leerfasen: Introductie, Theorie, Verwerking, Toepassing, Evaluatie en Toetsing. Alle leerfasen sluiten aan op de beroepspraktijk, met veel praktijkvoorbeelden, cases en projecten in woord en beeld en met extra verrijking en verdieping voor niveau 4. Afhankelijk van de gekozen lesvorm worden de leerfasen digitaal of in theorie- en werkboeken aangeboden.
Koppeling met Consortium en Prove2Move
Traject Dienstverlening dekt alle toetstermen die Consortium en Prove2Move hebben opgesteld voor de beroepsprofielen dienstverlening uit de nieuwe kwalificatiedossiers. In het koppeldocument Consortium (xls) en het koppeldocument Prove2Move (xls) zie je de koppeling met de eisen van desbetreffende organisaties.
Digitaal lesgeven met eDition
De interactieve leeromgeving eDition maakt digitaal lesgeven én krijgen een stuk makkelijker en effectiever. Want:
alle theorie en opdrachten zijn via eDition altijd en overal beschikbaar;
de omgeving is snel en eenvoudig te gebruiken (simpele navigatie);
theorie en opdrachten zijn geïntegreerd;
studenten krijgen direct feedback vanuit eDition;
je kunt als docent eenvoudig zelf groepen aanmaken;
je kunt eenvoudig opdrachten aan- en uitzetten;
je hebt direct inzicht in voortgang en resultaten.
Vaardigheden volgens het OOTT-model
De belangrijkste beroepsvaardigheden leren de studenten volgens het OOTT-model, waarbij oriënteren, oefenen, toepassen en transfer naar verschillende situaties centraal staan. Studenten gaan steeds zelfstandig aan de slag en vertalen het geleerde naar echte situaties in de beroepspraktijk.
Het onderdeel Transfer is het eerste moment om de vaardigheid in het leerbedrijf toe te passen. Bij Oefenen en Toepassen zorgen we voor een oplopende moeilijkheidsgraad en/of zelfstandigheid zodat studenten goed voorbereid zijn op hun stage.